Begroting 2021

Financiële begroting

Verschillenanalyses

Verschillen van meer dan 10% tussen de begroting 2021 en de begroting 2020 (primitief) worden op programmaniveau toegelicht. Daarbij geldt een minimum van € 75.000. Verschillen van meer dan € 250.000 worden altijd toegelicht. De lasten en baten worden voor de vergelijking niet gesaldeerd.

Algemeen

In het algemeen kan gesteld worden, dat verschillen tussen de begroting 2021 en de begroting 2020
in de lasten en baten van deelprogramma’s zijn veroorzaakt door de loon- en prijscompensatie die is doorvertaald naar de programma's van respectievelijk 2,8% en 1,8%.
In het overzicht van baten en lasten zijn ook posten opgenomen onder de programmabrede kosten. Hier worden de saldi van de kostenplaatsen van de diverse deelprogramma’s verwerkt die ontstaan uit mutaties in apparaat- en overheadkosten. De kostenverdeling is gebaseerd op de prognose van de urenverdeling in 2020. Dit kan ook leiden tot een verschuiving van lasten tussen de programma's.

De overige verschillen kunnen worden toegelicht op basis van de volgende mutaties:
- Wijzigingen die zijn ontstaan als gevolg van reeds begrote mutaties in de meerjarenraming conform
eerdere besluitvorming bij vaststelling van de begroting 2020;
- Wijzigingen als gevolg van besluitvorming na vaststelling van de begroting 2020 (bijv. collegeprogramma 2018-2022)
- Mutaties in budgetten die gerelateerd zijn aan de uitwerking van de begrotingsrichtlijnen zoals de actualisatie van budgetten op basis van demografische kerngegevens (p x q);
- De effecten en taakmutaties van de landelijke ontwikkeling op de Algemene Uitkering en specifieke uitkeringen van het Rijk/ Provincie;
- Budgetneutrale wijzigingen in de kostenverdeling tussen de verschillende (deel)programma’s.

Samen Leven

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

01.01

Gezondheid

12.044

12.593

549

1.644

1.864

-220

01.02

Saamhorigheid

12.437

12.583

146

1.068

1.001

67

01.03

Leren en werken

28.333

29.497

1.164

8.584

8.959

-375

01.99

Programmabrede kosten

Totaal

52.813

54.672

1.859

11.296

11.824

-528

De budgetten 2021 zijn geïndexeerd conform de percentages uit de begrotingsrichtlijnen (onderdeel Perspectiefnota 2021). (lasten + € 0,61 miljoen, baten - € 0,06 miljoen)

Op basis van de kaderbrief van de WIL (Werk en Inkomen Lekstroom) zijn de lasten in 2021 met
€ 0,09 miljoen verhoogd (loon- en prijscompensatie). Op basis van de begroting 2021-2024 van de WIL zijn de lasten 2021 wederom verhoogd met € 0,29 miljoen. (lasten + € 0,37 miljoen)

Op 19 mei jl. is het Programma Sociale Koers 2020-2023 door de raad vastgesteld. Conform besluitvorming zijn de lasten in 2021 en 2022 met € 0,1 miljoen per jaar verhoogd. (lasten + € 0,1 miljoen).

Elk jaar worden aan de overlegtafel prijsafspraken gemaakt tussen gemeenten (Inkoop / Regionale Backoffice Lekstroom) en zorgaanbieders Wmo en jeugdhulp. Aanvullend daarop bestaat de mogelijkheid om de afgesloten overeenkomsten op onderdelen te wijzigen. Met de aanbieders is overeenstemming bereikt over de indexering van de prijzen van de deelovereenkomsten met 2,8%. De raad is hierover geïnformeerd in de raadinformatiebrief 'Addendum 2020 Wmo-begeleiding en Jeugdhulp' van 27 januari 2020. (lasten + € 0,14 miljoen)

Op 9 oktober 2019 is de raad door middel van een raadinformatiebrief nader op de hoogte gesteld over de regionale inkoop Huishoudelijke ondersteuning. Het reële tarief en het gebruik van het normenkader zal zorgen voor stijging van de kosten. (lasten + € 0,27 miljoen)

De BUIG (budget voor gebundelde uitkeringen voor gemeenten) is structureel verhoogd op basis van de voorlopige vaststelling van het BUIG-budget 2020. (lasten + € 0,33 miljoen, baten - € 0,33 miljoen)

De raad heeft op 31 maart 2020 ingestemd met het voorstel 'Verlening subsidie 2020 Stichting Sociaal Team Houten'. Dit heeft tot een hogere subsidieverlening geleid. (lasten + € 0,25 miljoen)

In de begroting 2021 is € 0,16 miljoen opgenomen als verwachte compensatie door het Rijk voor de nadelige gevolgen van de SPUK-regeling BTW Sport. (baten: - € 0,16 miljoen)

In de meerjarenraming van de begroting 2019 en 2020 zijn al fluctuaties voor het jaar 2021 ten opzichte van 2020 verwerkt die in deze verschillenanalyse weer tot uitdrukking komen. Het gaat om een totaalbedrag van € 0,76 miljoen. Omdat deze mutaties al in de begroting 2019/2020 zijn verwerkt, worden ze hier niet nogmaals toegelicht. (lasten - 0,76 miljoen)

De ombuigingsvoorstellen jeugd en Wmo bedragen voor het jaar 2021 € 1.355.000. De verwachting is dat hiervan € 0,3 miljoen niet gerealiseerd zal worden. Zie voor verdere toelichting in de paragraaf 1.4.7 'Ombuigingen'. (lasten + 0,3 miljoen)

Overige mutaties hebben niet geleid tot een effect van > 10% voor 2021 ten opzichte van 2020 en worden daarom niet toegelicht. (lasten + € 0,26 miljoen en baten + € 0,02 miljoen)

Duurzame leefomgeving

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

02.01

Woningen

288

296

8

13

13

02.02

Commerciële voorzieningen en horeca

736

736

1

178

126

52

02.03

Leefomgeving

7.836

8.913

1.077

3.379

4.341

-962

02.04

Gebiedsinrichting

14.624

20.072

5.448

12.982

18.387

-5.405

02.05

Duurzaamheid & energietransitie

6.881

7.932

1.051

5.576

6.467

-892

02.06

Landschap en recreatie

487

501

14

17

17

02.07

Cultuurhistorie en archeologie

965

979

14

406

411

-5

02.99

Programmabrede kosten

53

56

3

Totaal

31.870

39.486

7.616

22.550

29.762

-7.212

De hogere lasten van Leefomgeving van € 1,077 miljoen worden voor het grootste gedeelte (€ 0,937 miljoen) veroorzaakt door aanpassing van de budgetten op basis van het vastgestelde Water- en Rioleringsplan 2020-2023. Daarnaast is er sprake van een verhoging van het uitvoeringsbudget (€ 0,013 miljoen) voor groot onderhoud en reconstructies voor het openbaar groen. Dit verhoogde uitgavenniveau is conform de kaders voor het programma Beheer Openbare Ruimte zoals dat in 2015 is vastgesteld. Overige verschillen worden met name veroorzaakt door indexering en actualisatie van kapitaallasten en ureninzet.
De hogere baten van Leefomgeving (€ 0,0962 miljoen) worden bijna in zijn geheel veroorzaakt door aanpassing van de budgetten op basis van het vastgestelde Water-en rioleringsplan 2020-2023.  Overige verschillen worden hoofdzakelijk veroorzaakt door indexering.

Het deelprogramma Gebiedsinrichting betreft de grondexploitatie. De mutaties (lasten €  5,4 miljoen en baten € 5,4 miljoen) worden neutraal opgenomen omdat deze geen invloed hebben op het saldo van de algemene dienst.

De hogere lasten voor Duurzaamheid en energietransitie worden veroorzaakt door hogere lasten van   € 0,2 miljoen bij het team Duurzaam door de extra formatie ten behoeve van uitvoering van het Energieplan 2020-2025 (raadsvoorstel 253012 van 21 januari 2020) en de toegerekende doorbelasting vanuit de kostenplaats Advies en ondersteuning.
De lasten voor de afvalstoffeninzameling nemen fors toe met € 1,05 miljoen maar deze lasten worden in zijn totaal verhaald middels de afvalstoffenheffing die met € 1,05 miljoen toeneemt. Oorzaken zijn enerzijds de sterke stijging van de kosten van het verwerken van restafval en het verwerken van GFT. Beide het gevolg van het resultaat van de Europese aanbesteding van de verwerking van deze afvalstromen. Anderzijds is de geschatte opbrengst van het oud papier veel minder dan in 2020. Daarnaast de benodigde storting in de voorziening afvalstoffenheffing, de voorziening is aangewend voor de toename van de kosten voor het verwerken van PMD en de afname van de opbrengst van papier in 2019.

Goede bereikbaarheid

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

03.01

Verkeersbeleid

85

86

1

2

2

03.02

Autoverkeer

2.813

3.226

413

48

37

12

03.03

Fietsverkeer

901

985

84

432

439

-8

03.04

Openbaar vervoer

11

11

03.99

Programmabrede kosten

Totaal

3.811

4.309

498

482

478

4

De toename van de lasten voor het deelprogramma Autoverkeer in 2021 wordt veroorzaakt door de verhoging van het uitvoeringsbudget voor groot onderhoud wegen. Dit verhoogde uitgavenniveau is conform de kaders voor het programma Beheer Openbare Ruimte zoals dat in 2015 is vastgesteld. In 2021 betreft het uit te voeren werk op basis van het jaarplan € 1,45 miljoen en de raming voor het groot onderhoud in 2020 bedroeg  € 1,037 miljoen.

De hogere lasten voor het deelprogramma Fietsverkeer komt ook voort uit een verhoogd uitgavenniveau voor groot onderhoud van fietspaden vanuit de vastgestelde kaders in 2015. In 2021 is € 0,286 miljoen beschikbaar voor het groot onderhoud op basis van het jaarplan dit was in 2020 € 0,204 miljoen.

Veilige leefomgeving

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

04.01

Sociale veiligheid en Openbare orde

1.246

1.281

35

363

379

-17

04.02

Fysieke veiligheid en crisismanagement

2.666

2.764

98

12

12

04.99

Programmabrede kosten

Totaal

3.912

4.046

133

375

379

-5

De hogere lasten voor Fysieke Veiligheid en Crisismanagement wordt veroorzaakt door een verhoging van de bijdrage 2020 VRU met € 0,07 miljoen op basis van hun ontwerpbegroting 2020.

Overige mutaties hebben niet geleid tot een effect van > 10% voor 2021 ten opzichte van 2020 en worden daarom niet toegelicht.

Betrokken bij de samenleving

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

05.01

Politiek en bestuur

2.770

2.794

24

1

1

05.02

Dienstverlening

1.686

1.859

173

497

584

-88

05.99

Programmabrede kosten

Totaal

4.456

4.653

197

498

586

-88

De budgetten 2021 zijn geïndexeerd conform de percentages uit de begrotingsrichtlijnen (onderdeel Perspectiefnota 2021). (lasten + € 0,03 miljoen en baten - € 0,01).

Overige mutaties hebben niet geleid tot een effect van > 10% voor 2021 ten opzichte van 2020 en worden daarom niet toegelicht.

Algemene dekkingsmiddelen en ondersteuning organisatie

Deelprogramma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

A1

Lokale heffingen

649

650

13.021

13.301

-280

A2

Algemene uitkering en overige uitkeringen gemeentefonds

112

151

39

59.370

62.086

-2.715

A3

Overhead

12.013

12.475

461

278

459

-181

A4

Saldo financieringsfunctie

-153

-447

-295

-5

15

-20

A5

Vennootschapsbelasting (VpB)

1

1

A6

Overige baten en lasten

1.082

1.587

505

922

927

-6

A7

Onvoorzien

63

64

1

Totaal

13.766

14.479

713

73.586

76.788

-3.202

De hogere baten Lokale heffingen € 0,28 miljoen worden grotendeels verklaard door de prijscompensatie van 1,8%. Daarnaast is vanuit de stelpost 1e fase ombuigingen Perspectiefnota 2020 € 0,04 miljoen neutraal gemuteerd op Lokale heffingen (betreft toeristenbelasting).

Ten opzichte van de primitieve begroting 2020 zijn de baten van de algemene uitkering in 2021
€ 2,7 miljoen hoger. De hoogte van de algemene uitkering wordt bepaald door de door het rijk uitgebrachte mei-, september- en decembercirculaires uit diverse jaren. Hier komen mutaties uit voort zoals loon- en prijsbijstelling, hoeveelheidsverschillen, nominale en accresontwikkeling en ontwikkeling uitkeringsbasis.

De hogere kosten overhead € 0,46 miljoen ten opzichte van de primitieve begroting 2020 hangen grotendeels samen met de looncompensatie van 2,8%.

De lasten van de financieringsfunctie zijn € 0,29 miljoen lager dan in de primitieve begroting 2020. Dit ontstaat deels door lage rentepercentages op nieuw aangetrokken langlopende leningen. Daarnaast wordt normaliter de rente over de financieringsbehoefte berekend op basis van 1,5% omslagrente. Aangezien het rentepercentage voor kort geld zich de afgelopen jaren onder nul procent begeeft en de ontwikkelingen op de geld- en kapitaalmarkt over een jaar geen grote stijgingen laten zien, is voor de renteraming in de begroting 2021 uitgegaan van een percentage van 0,7% in plaats van 1,5%.

De hogere lasten bij Overige baten en lasten ten opzichte van de primitieve begroting 2020 van € 0,8 miljoen worden veroorzaakt door het verwerken van de stelpost 1e fase ombuigingen uit de perspectiefnota 2020, waarmee de budgetten binnen de programma's zijn bijgesteld. Over de programma's heen betreft dit een neutrale wijziging.

Overige mutaties hebben niet geleid tot een effect van > 10% voor 2021 ten opzichte van 2020 en worden daarom niet toegelicht.

Mutaties reserves

Programma

2020
Lasten

2021
Lasten

Mutatie
Lasten

2020
Baten

2021
Baten

Mutatie
Baten

01.

Samen Leven

112

29

83

02.

Duurzame leefomgeving

156

116

-40

448

605

-157

03.

Goede bereikbaarheid

1.596

1.600

4

1.227

1.682

-454

04.

Veilige leefomgeving

A

Algemene dekkingsmiddelen en ondersteuning organisatie

1

166

165

1.807

1.393

413

Totaal

1.753

1.882

129

3.595

3.709

-115

De stortingen in de reserves in 2021 zijn € 0,13 miljoen hoger en de onttrekkingen zijn € 0,12 miljoen euro lager ten opzichte van de primitieve begroting 2020. Het verschil in onttrekkingen is als volgt te verklaren.

Programma Samen leven
De onttrekking uit bestemmingsreserves zijn in 2021 € 0,08 miljoen lager dan in 2020.
In 2020 wordt nog de bestemmingsreserve transities in samenhang (innovatiereserve)
ingezet voor de projecten Age friendly Cultural Cities € 0,1 miljoen en inzet verkregen huishoudelijke hulptoeslag t.b.v. huishoudelijke ondersteuning € 0,7 miljoen. Deze zijn in 2021 vervallen.

Programma Duurzame leefomgeving
Dat de storting in 2021 lager zijn € 0,04 miljoen is te verklaren uit het stop zetten van de jaarlijkse storting in de reserve archeologie € 0,02 miljoen als gevolg van het invullen van de ombuigingen 2020-2024 en ook om de dezelfde reden het verlagen van de storting in de reserve Beheer Openbare Ruimte(BOR) € 0,02 miljoen.
De hogere onttrekkingen € 0,16 miljoen worden veroorzaakt doordat er in 2021 geen onttrekking meer plaatsvindt ten laste van het toekomstfonds voor de implementatie van de omgevingswet -/- € 0,1 miljoen. Wel is er onttrekking uit dit fonds € 0,05 miljoen ten behoeve van de Startnotitie TransitieVisie Warmte begroot. Ook zijn er onttrekkingen in 2021 geraamd uit de reserves Linieland € 0,05 miljoen en buitengebied € 0,04 miljoen ten behoeve van de exploitatie fort Honswijk. Daarnaast is de onttrekking in 2021 ten behoeve van projecten gedekt uit de reserve Beheer Openbare Ruimte(BOR) € 0,12 miljoen hoger in 2020.

Programma Goede bereikbaarheid
In 2021 zijn de onttrekkingen € 0,45 miljoen hoger dan in 2020. De onttrekkingen in 2021 voor projecten gedekt uit de reserve Beheer Openbare Ruimte(BOR) zijn € 0,45 miljoen hoger dan in 2020.

Programma Algemene dekkingsmiddelen en ondersteuning organisatie
De stortingen in de reserves bij algemene dekkingsmiddelen in 2021 zijn € 0,17 miljoen hoger ten opzichte van 2020. Een onttrekking uit algemene beklemde reserve(€ 1,21 miljoen) in 2020 veroorzaakt door het BTW-compensatiefonds algemene uitkering wordt voor 2021 in meicirculaire 2020 gedeeltelijk teruggedraaid. Dit resulteert in storting van € 0,17 miljoen.

De onttrekkingen aan reserves bij algemene dekkingsmiddelen in 2021 bedraagt € 1,39 miljoen ten opzichte van € 1,80 miljoen in 2020. Dit is € 0,41 miljoen lager. De onttrekking in 2020 als gevolg van het besluit van het college om een € 0,5 miljoen uit de reserve economische crisis terug te geven aan de burger door € 25 per huishoudens terug te betalen, is in 2021 vervallen. Een onttrekking uit algemene beklemde reserve (1,23 miljoen) veroorzaakt door het BTW-compensatiefonds algemene uitkering is in € 0,02 miljoen hoger dan in 2020. Daarnaast een hogere onttrekking € 0,11 miljoen uit de reserve organisatie-ontwikkeling ten behoeve van loopbaanoriëntatie en het terugdraaien van een onttrekking € 0,04 miljoen uit de reserve ICT WIL in verband met ontoereikendheid van deze reserve.

Overige mutaties hebben niet geleid tot een effect van > 10% voor 2021 ten opzichte van 2020 en worden daarom niet toegelicht.

Deze pagina is gebouwd op 09/28/2020 10:16:45 met de export van 09/28/2020 10:06:24