Begroting 2021

Algemeen bestuurlijk perspectief

Inleiding

1. Inleiding

1.1 Algemeen
In Houten hechten wij grote waarde aan het behoud van het culturele, sociale en bedrijfsleven van onze gemeenschap. Wij zijn trots op onze Houtense dynamiek. Die willen wij ook gedurende en ná de coronacrisis behouden. Daarom hebben wij op 7 april 2020 besloten tot een pakket aan economische hulpmaatregelen voor het ondersteunen van onze lokale ondernemers, zzp’ers, sociaal-maatschappelijke organisaties, sportverenigingen en culturele instellingen. In lijn met besluitvorming van het kabinet hebben wij de werking van de economische hulpmaatregelen op 2 juni 2020 verlengd tot 1 september 2020.
Op 31 augustus 2020 heeft het kabinet een nieuw steunpakket gepresenteerd. De uitwerking hiervan wordt naar verwachting in de Miljoenennota 2021 (gepresenteerd op Prinsjesdag) duidelijk. Dan zullen wij bekijken of het noodzakelijk / wenselijk is om ook in Houten voor een langere termijn (tot 1 juli 2021) met aanvullende hulpmaatregelen te komen.

De gevolgen van COVID-19 zijn nog steeds merkbaar in onze samenleving en zal dit naar verwachting ook blijven totdat er een vaccin is. In deze moeilijke tijden zien we echter ook altijd weer de veerkracht van onze Houtense samenleving. Door samenwerking en creativiteit en ondersteund door hulpmaatregelen van de gemeente komt er weer steeds meer ruimte voor sociaal-maatschappelijke activiteiten. Ook veel ondernemers kunnen hun bedrijven weer opstarten binnen de RIVM-maatregelen die van kracht zijn. Hierdoor komt het economische, sociale en maatschappelijke leven in Houten stap voor stap weer op gang.

Ondanks dat het dus de goede kant op gaat, zullen de gevolgen van COVID-19 ook in een belangrijk deel van 2021 merkbaar zijn. Dit betekent dat dit ook van invloed is op onze begroting. Daarom heeft de raad in de perspectiefnota 2021 (ten tijde van de coronacrisis) ook geen strakke beleidskaders vastgesteld, maar wel een richting (proces en uitgangspunten) voor de maanden in aanloop naar het opstellen van de begroting 2021. Deze aanpak biedt ruimte om met elkaar bij te sturen op actuele ontwikkelingen.
Eén van de belangrijkste onderwerpen in het debat over de perspectiefnota 2021 was: “is ons eigen vermogen voldoende om de financiële gevolgen van COVID-19 én die van een eventuele nieuwe crisis te kunnen opvangen of zijn nieuwe ombuigingen noodzakelijk?”. Om hierop een zo goed mogelijk antwoord te geven is er op hoofdlijnen een risico impact-analyse uitgevoerd. Deze analyse geeft inzicht in de mogelijke financiële indicaties van COVID-19 in de 1,5 meter-samenleving.
Op 7 september 2020 is tijdens een bijpraatavond aan de raad deze risico impact-analyse toegelicht en zijn verschillende scenario’s met elkaar besproken. In een bijlage bij de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing wordt de risico impact-analyse uitgebreid toegelicht. In het raadsvoorstel bij de begroting 2021 wordt de raad voorgesteld met één van deze scenario’s in te stemmen. Naast financiële indicaties heeft COVID-19 natuurlijk ook maatschappelijke gevolgen. Daar waar wij denken dat dit van invloed is op effectindicatoren hebben wij dit bij de verschillende programma’s door middel van een icoontje aangegeven.

De aanpak van de coronacrisis heeft de afgelopen periode extra tijd van onze organisatie gevraagd. Dit geldt voor zowel onze binnen- als buitendienst.  Op de gemeentewerf was het zeer druk, waardoor wij ook aanvullende verkeersmaatregelen hebben moeten nemen, maar ook onze boa’s hebben het uiteraard extra druk gehad bij de handhaving van de RIVM-maatregelen. Vanaf half maart 2020 moesten al onze medewerkers plotseling thuiswerken. Om dit te realiseren heeft ons team Informatie een extra krachtsinspanning moeten doen, maar het is allemaal zonder noemenswaardige problemen gelukt. Tot slot heeft  de coronacrisis op veel plekken in de organisatie tot extra werkzaamheden geleid, die we via een projectmatige aanpak in goede banen hebben geleid. Desondanks heeft het bovenstaande niet geleid tot stagnatie in de realisatie van onze ambities uit het collegeprogramma 2018-2022 “Duurzaam, ondernemend en dichtbij!” . Wat ons betreft dan ook een groot compliment voor de organisatie.

In 2020 is een aantal belangrijke beleidsdocumenten door de raad vastgesteld die van invloed zijn op de realisatie van onze ambities in de tweede helft van deze bestuursperiode. Het betreft:

  • Energieplan 2020-2025
  • Programma Sociale Koers 2020-2023
  • Programmaplan Omgevingswet

In de programmabegroting 2021 is het effect van deze beleidsdocumenten verder uitgewerkt. Zo zijn ook de deelprogramma’s in het programma Samen leven aangepast aan de Sociale Koers 2020-2023. In hoofdstuk 2 van dit Algemeen bestuurlijk perspectief zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor 2021 beschreven.

Bij de verdere uitvoering van ons collegeprogramma hebben we de komende tijd wel te maken met een aantal externe financiële onzekerheden.De belangrijkste zijn hieronder weergegeven (tussenhaakjes de verwachting bij welke circulaire/moment hierover meer duidelijkheid komt).

  • De integrale herijking (sociaal domein en het klassieke deel) van het gemeentefonds ( decembercirculaire 2020);
  • Gevolgen van de economische recessie (septembercirculaire 2020 en meicirculaire 2021);
  • Structurele voortzetting incidentele compensatie (2019-2021) door het Rijk voor hogere kosten jeugdhulp (septembercirculaire 2021).

Het bovenstaande betekent dat wij verwachten eind 2020 / begin 2021  over de meeste informatie te beschikken, zodat de eventuele gevolgen hiervan in de perspectiefnota 2022 in beeld kunnen worden gebracht.

1.2 Prognose begroting 2021 en meerjarenbegroting 2022-2024
De prognose van de meerjarenbegrotingssaldi 2021-2024 is in lijn met de perspectiefnota 2021 (ten tijde van de coronacrisis). De jaren 2021, 2022 en 2024 zijn positief. Alleen in het begrotingsjaar 2023 is, evenals bij de perspectiefnota, de prognose negatief. Dit komt door de sterke fluctuatie van de algemene uitkering door de jaren heen. Het financieel effect van de meicirculaire 2020 is bijvoorbeeld in 2023 € 600.000 lager dan in 2022, maar in 2024 weer € 300.000 hoger dan 2023. Deze fluctuatie is ook precies de reden waarom onze belangenvereniging de VNG met het ministerie van BzK in gesprek is over een aanpassing van de systematiek over de toewijzing van de middelen uit het gemeentefonds aan gemeenten. Stabiliteit van de inkomsten is van belang om meerjarig beleid te kunnen maken.

Tabel: prognose begroting 2021 en meerjarenbegroting 2022-2024

bedragen x € 1.000

Omschrijving

2021

2022

2023

2024

Prognose begroting 2021 en meerjarenbegroting 2022-2024

238

560

-368

181

Op basis van de bovenstaande tabel is er over de periode 2021-2024 sprake van een begroot overschot van € 611.000. Hierdoor heeft de negatieve prognose voor 2023 geen directe gevolgen voor de eigen vermogenspositie. De prognose van de begroting 2021 en meerjarenbegroting 2022-2024 wordt in hoofdstuk 3 van dit algemeen bestuurlijk perspectief toegelicht.

Met deze prognose van de begroting 2021 en de meerjarenbegroting 2022-2024 en de toelichting hierop wordt voldaan aan de criteria van de financieel toezichthouder (provincie Utrecht) om voor repressief (terughoudend) toezicht in aanmerking te komen.

Deze pagina is gebouwd op 09/28/2020 10:16:45 met de export van 09/28/2020 10:06:24